Radiola netwerklamp "Sapphire".

Netwerk buizenradio'sHuiselijkRadiola netwerklamp "Sapphire" werd in 1957 ontwikkeld door de elektrotechnische fabriek van Riga, VEF. Begin 1956 had de VEF-fabriek een aantal ontvangers en radiogrammen ontwikkeld op basis van vingerlampen met verschillende ontwerpen en parameters. Sommige eenheden en chassis van de voertuigen zijn verenigd. Alle units hadden een "trendy" tuimelschakelaar, een draaibare interne magnetische antenne en een interne dipool, indien VHF beschikbaar is. Klasse III-ontvangers en radio's hadden elk twee luidsprekers, klasse II en hoger elk vier. De namen van de nieuwe apparaten werden vertegenwoordigd door edelstenen: Almaz, Amethyst, Aquamarine, Crystal, Rubin, Sapphire, Topaz, Amber. Er was een rivierserie: Amur, Angara, Terek, Dvina en ook een muzikale serie: Concert, Melody, Symphony. Er waren ook andere namen. Sommige van de monsters werden voor productie overgebracht naar andere fabrieken in de USSR, andere werden alleen in een experimentele batch gemaakt. In de krant van de Vefietis-fabriek (VEFovets) eind 1955 meldde het artikel dat de opdracht van het USSR-ministerie van Radio Engineering Industry om 15 modellen van radioapparatuur te ontwikkelen en hun prototypes door de VEF-ontwerpers te vervaardigen, was voltooid. De meeste van de ontwikkelde apparaten werden gedemonstreerd op de Wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel en werden beloond met prijzen. Veel ontwikkelingen werden het jaar daarop getoond op een tentoonstelling in New York (1959). Sinds 1956 werd de ontwikkeling van een tiental veelbelovende ontvangers en radiozenders voortgezet, waaronder de gepresenteerde radio “Sapfir”. De eersteklas "Sapphire" radiola was een prototype en werd in een kleine batch geproduceerd.